Waarom wordt zijn naam helemaal genoemd?
Strafzaken in de media
- Edited
Sloggi Dat wordt hij niet, althans niet in de media. Ik noem het voluit omdat ik geen krant ben en het wat onzinnig is een naam die iedereen kent af te korten, net als met Taghi.
Edit: oh, ik zie dat o.a. de Telegraaf hem wel bij zijn volledige naam noemt. De man heeft jaren op de opsporinglijst voor meestgezochte criminelen gestaan dus ergens wel logisch, maar het is niet helemaal sjiek.
Ik heb het uit voorzorg altijd al over Mark R.
- Edited
Gokmen T, de tramschutter, wordt vervolgd voor poging moord. Hij stak een medewerker van de gevangenis in nek en gezicht. Ook mishandelde hij een ander door kokende vloeistof over hem heen te gooien.
Omdat hij al levenslang heeft kan hiervoor overigens geen straf opgelegd worden.
- Edited
Ik ben deze week de podcast 'De Deventer Mediazaak' aan het luisteren (https://www.nporadio1.nl/podcasts/de-deventer-mediazaak). Over de rol die media - en vooral Maurice de Hond - hebben gespeeld in de zaak.
De grote lijn van de zaak - iets met een accountant en een klusjesman en Maurice de Hond die het allemaal beter weet - kende ik wel, maar hier wordt heel mooi uitgediept hoe er een dynamiek kan ontstaan waarin iedereen achter elkaar aan holt. Het OM niet in het minst.
Maurice de Hond is overigens nog steeds overtuigd van de onschuld van de accountant en de schuld van de klusjesman. Zonder daar enig bewijs voor aan te leveren.
Royce de Vries, zoon van, nu ook bedreigd. De criminaliteit lijkt echt ontzettend verhard, de afgelopen jaren.
Wel opmerkelijke tekst onder de foto: "Royce de Vries is, net zoals zijn vader was, actief als advocaat." Naar mijn weten is Peter nooit advocaat geweest, maar goed.
Drietebuul Zeker.
De internationale journalistenfederatie noemt het ook: https://www.ifj.org/media-centre/news/detail/category/press-releases/article/45-journalists-and-media-staff-killed-in-work-related-incidents-during-2021-says-ifj.html
In 2021 zijn wereldwijd 45 journalisten vermoord; Peter R. de Vries was daar één van.
At the same time, the threats of crime gang and drug cartels’ rule from the slums in Mexico to the streets of European cities in Greece and the Netherlands continue to increase and account for many targeted killings of media workers in 2021.
Drietebuul Hij wordt niet bedreigd, er is een anonieme tip geweest bij de politie dat onbekenden hem zouden willen vermoorden. Het is geenszins bekend vanuit welke hoek, of de tip klopt en waarom hij doelwit zou zijn. Royce de Vries is totaal niet betrokken bij het Marengo-proces of het werk van zijn vader.
Ossu En het aantal vermoorde journalisten is ongeveer op het laagste punt ooit. De Vries als vermoorde journalist tellen vind ik sowieso wat dubieus, zeker omdat het artikel stelt "more journalists and media workers more often than not are killed for exposing corruption, crime and abuse of power". De Vries is weliswaar ook journalist geweest, maar hij is waarschijnlijk vermoord vanwege zijn rol als adviseur van Nabil B. In die rol hield hij eerder zijn mond over criminaliteit dan dat hij het blootlegde.
tsjok Royce de Vries is totaal niet betrokken bij het Marengo-proces of het werk van zijn vader.
Ik begreep dat Peter directeur was van het kantoor dat Royce met die Khalid Kassem had. Geen idee of er destijds gerelateerde strafzaken via dat kantoor zijn verlopen. Royce deed daar volgens mij vooral de mediarecht-zaken, maar lees in het artikel dat hij de zussen van de kroongetuige in Marengo heeft bijgestaan in een civiele zaak. Geen idee of dat tegenwoordig voldoende wordt geacht om iemand om te willen leggen.
Drietebuul Peter R. de Vries was oprichter van De Vries Kasem advocaten, en Royce werkte voor dat kantoor als advocaat. Maar hij is überhaupt geen strafrechtadvocaat, hij is een civilist gespecialiseerd in media- en portretrecht. Hij stond de zussen van Nabil B. bij, dat zal wel zijn geweest in hun deal met Videoland toen ze daar hun verhaal deden. Ik kan me niet voorstellen dat dat een reden is om iemand om te leggen.
Dat gezegd hebbende, er worden echt vele tientallen mensen in Nederland beveiligd en vaak na aanleiding van anonieme tips. Dat is zeker een gevolg van toegenomen geweld uit de onderwereld maar lijkt me geen reden om dit als een hoge uitzondering te zien.
Vandaag is het OM begonnen met het requisitoir in de zaak Eris tegen 21 leden van motorbende Caloh Wagoh. Ze worden in verschillende samenstellingen verdacht van vijf moorden en tientallen pogingen/voorbereidingen van moorden, wapenhandel, drugshandel en lidmaatschap van een criminele organisatie.
Caloh Wagoh fungeerde als huurmoordenaarsorganisatie voor onder andere Riduan Taghi. Behalve de verklaringen van een kroongetuige steunt het bewijs grotendeels op beelden die door één van de verdachten zijn gemaakt, wat echt hilarisch is:
Ander cruciaal bewijs is er in de vorm van door hoofdverdachte R. gemaakte opnamen. Hij maakte foto's van chatgesprekken die hij voerde met medeverdachten. In die gesprekken werd openlijk gesproken over wie vermoord moest worden en welk bedrag daartegenover stond.
"Deze man (Delano R., red.) maakte klaarblijkelijk films van zijn gangsterleven", aldus het OM. Hij "leefde ogenschijnlijk ook in zijn eigen scripts, waarin misdaad zogenaamd een romantisch tintje heeft".
Tijdens dit proces is duidelijk geworden dat R. de gemaakte beelden wilde gebruiken voor een televisieprogramma. Hij zat zelfs al om tafel met productiemaatschappijen.
Het Openbaar Ministerie eist levenslange gevangenisstraffen tegen vijf verdachten in het proces rond motorclub Caloh Wagoh. Zij hebben volgens het OM op gewetenloze wijze dood en verderf gezaaid.
En als we dan binnenkort nog eens iets gaan zien in dat Marengoproces, zou je zomaar een significante toename in het aantal levenslanggestraften, in behoorlijk korte tijd, kunnen gaan zien.
Koekoek.
De man die in 2015 als eerste de naam van Ridouan T. in een getuigenverhoor bij de politie liet vallen, is geliquideerd in Spanje. Dat schrijft Het Parool vrijdag. Ebrahim B. zou in een uitgebrande auto zijn gevonden.
Volgens Het Parool is het lichaam van B. gevonden in de omgeving van Chiclana de la Frontera, een plaatsje vlak ten zuiden van Cádiz. Hij zou door zijn hoofd zijn geschoten, aldus de krant.
B. meldde zich in 2015 uit angst bij de politie omdat hij vermoedde dat hij achtervolgd werd met als doel hem te vermoorden. Hij begreep dat T. hier mogelijk achter zou zitten.
Toen de politie wilde weten wie T. is, deed B. uit de doeken dat de man een grote drugshandelaar is en samenwerkt met Saïd R. Beiden zijn nu hoofdverdachten in het Marengo-proces.
De kroongetuige in datzelfde Marengo-proces heeft verklaard dat T. inderdaad plannen had om B. om te brengen. Toen T. de beschikking kreeg over het politieverhoor van B., werd de jacht op de man geïntensiveerd , aldus de kroongetuige.
Toen B. onvindbaar bleek, richtte de criminele organisatie van T. zijn pijlen volgens het Openbaar Ministerie (OM) op personen in de omgeving van B. Een van hen is Ranko Scekic, die in juni 2016 in Utrecht werd doodgeschoten. Ook de broers El M. zouden op een dodenlijst staan, verdenkingen die onderdeel zijn van het Marengo-proces. https://www.nu.nl/buitenland/6179615/getuige-die-als-eerste-verklaarde-over-ridouan-t-vermoord-in-spanje.html
Benieuwd of dit alsnog Taghi is vanuit de cel, of dat de beste man nog meer vijanden had gemaakt.
Laatst in een ander topic een zijdelingse bespreking over de strafmaat in verkeersongevallen, met @tsjok en @Reya. Daarover wil ik ook nog wel een duit in het zakje doen. Kwam in dat kader zojuist dit nieuwsbericht tegen:
Man die agent doodreed bij Nuenen krijgt twee maanden cel en taakstraf
[...]
De bestuurder keek tijdens het rijden naar een vechtsportwedstrijd op zijn telefoon en stuurde daarna appjes over de uitslag. Vlak voor het ongeluk was hij ook actief op Instagram, zegt de rechter. "Dit is zeer onverantwoordelijk rijgedrag."
Dus heb ik de uitspraak er even bijgepakt en naast de LOVS-richtlijn gelegd:
Voor de citaten is van belang dat hierbij ook mee wordt gewogen dat er een tweede slachtoffer is dat "slechts" zwaar lichamelijk letsel heeft geleden ten gevolge van het ongeluk, en dat daar af en toe naar wordt verwezen. Het gaat mij echter voornamelijk om de strafmaat ten aanzien van het veroorzaken van het dodelijke slachtoffer. Eerst wordt heel mooi aansluiting gezocht bij deze richtlijn:
Bij haar beslissing over de strafsoort en de hoogte van de straf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de binnen de rechtspraak ontwikkelde oriëntatiepunten. Deze oriëntatiepunten zijn ten aanzien van overtreding van artikel 6 WVW vervat in een tabel met verschillende gradaties van schuld in samenhang bezien met de gevolgen voor het slachtoffer. Hoewel voor roekeloosheid in de zin van artikel 6 van de Wegenverkeerswet geen afzonderlijke oriëntatiepunten zijn vastgesteld, heeft de rechtbank in de aard en de ernst van het verwijt dat verdachte wordt gemaakt en de omstandigheden van het geval aanleiding gezien ten aanzien van de strafmaat aan te sluiten bij hetgeen geldt voor de in de oriëntatiepunten genoemde zeer hoge mate van schuld. Hierbij heeft de rechtbank tevens acht geslagen op het feit dat de oriëntatiepunten voor 6 WVW niet zijn aangepast na de hiervoor besproken wetswijziging. Het oriëntatiepunt bij een zeer hoge mate van schuld en een dodelijk slachtoffer betreft een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden en een rijontzegging voor de duur van 3 jaren. Bij zwaar lichamelijk letsel als gevolg is dit een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden en een rijontzegging voor de duur van 2 jaren.
Dan volgt een alinea waarin eventuele correctiegronden worden benoemd:
Daarnaast merkt de rechtbank nog het volgende op. De rechtbank is zich ervan bewust dat geen enkele op te leggen straf het leed van de nabestaanden en partner van [slachtoffer 1] en de gevolgen voor [slachtoffer 2] zal kunnen verzachten of wegnemen. Gelet op de aard van het verwijt en de ernst van de gevolgen is een zware straf passend. Verder dient ook uit het oogpunt van de generale preventie naar het oordeel van de rechtbank een behoorlijke straf te volgen. Het moet ook andere verkeersdeelnemers duidelijk zijn dat het vasthouden (en gebruiken) van een mobiele telefoon tijdens het rijden -een gedraging die in artikel 5a WVW in hetzelfde rijtje wordt opgesomd als rijden onder invloed- uit het oogpunt van de verkeersveiligheid zeer strafwaardig rijgedrag betreft. Anderzijds heeft de rechtbank ook rekening te houden met de gevolgen die deze strafzaak voor verdachte heeft en die de op te leggen straf nog zal hebben. Hierbij denkt de rechtbank aan de mogelijkheid dat verdachte zijn baan zal verliezen en de hoge vorderingen benadeelde partij die zijn ingediend.
Nu is het dat de titel van het nieuwsbericht alles al heeft gespoild: we gaan dus niet op de acht maanden onvoorwaardelijk uitkomen (ondanks dat de rechtbank al tot de conclusie is gekomen dat er sprake is van roekeloos(!) rijgedrag, een zwaardere gradatie van schuld dan "zeer hoge mate van schuld". En hoe komt de rechtbank tot die conclusie?
De rechtbank is dit alles overziende van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden. De rechtbank zal deze gevangenisstraf voor een gedeelte van 6 maanden voorwaardelijk opleggen om verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen. Daarnaast zal de rechtbank aan verdachte de maximale taakstraf voor de duur van 240 uren opleggen.
Tot slot is de rechtbank van oordeel dat, gelet op het gevaarzettende verkeersgedrag van verdachte, aan verdachte een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid van lange duur - te weten 3 jaren - dient te worden opgelegd. Dat een ontzegging van de rijbevoegdheid voor verdachte ongemak met zich brengt in verband met vervoer van en naar zijn werk, is in dit verband onvoldoende zwaarwegend.
De rechtbank legt hiermee een lichtere straf op dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu de rechtbank van oordeel is dat de gevorderde straf in vergelijking tot de straffen die in soortgelijke gevallen worden opgelegd te hoog is en de rechtbank bovendien van oordeel is dat de straf die de rechtbank zal opleggen de ernst van het bewezen verklaarde voldoende tot uitdrukking brengt.
Dat de gevorderde straf (2,5 jaar gevangenisstraf) te hoog is in vergelijking met soortgelijke gevallen lijkt ook al te blijken uit de LOVS-richtlijnen: daar wordt immers 8 maanden onvoorwaardelijk voorgeschreven. Weliswaar bij een lichtere vorm van schuld (voor roekeloosheid is geen richtlijn opgenomen: kennelijk heeft men daar ruimte willen bieden aan maatwerk), waardoor je nog iets hoger dan 8 maanden zou verwachten als strafmaat.
Maar wat hier gebeurt is dat er lager wordt gestraft dan de richtlijn voorschrijft, nota bene voor een lichtere kwalificatie, zonder dat ik daar nou gronden voor zie terugkomen in de onderbouwing van de strafmaat. En dat vind ik best gek!
Ik kan me voorstellen dat je, ter preventie van recidive een voorwaardelijke straf op wil leggen. In plaats van een gedeelte van de door de richtlijn voorgeschreven straf voorwaardelijk te maken, zou ik dan voorstellen een voorwaardelijke straf bovenop de voorgeschreven 8 maanden te leggen: je hebt immers toch 'ruimte naar boven' omdat de rechtbank heeft geoordeeld dat sprake is van roekeloosheid (de overtreffende trap van verwijtbaarheid!) en je naast het overleden slachtoffer óók nog een slachtoffer met zwaar lichamelijk letsel hebt.
Bij dezen mijn duit in het zakje: de richtlijnen zijn af en toe gevoelsmatig al aan de lage kant, maar met rechters die zo met de strafmaat omgaan blijft er helemaal niet veel van over. Ik, als niet-strafjurist, zou hier een kansrijk beroepszaakje voor het OM in zien.
Drietebuul Je ziet dat de LOVS-richtlijnen gewoon erg verschillend worden geïnterpreteerd. Veel rechters pakken steevast de straf uit de richtlijn waarvan een deel voorwaardelijk en zeggen dan dat ze aansluiting zoeken bij de richtlijn. Terwijl de richtlijn - zoals je ook ongetwijfeld al opgevallen was - nooit een voorwaardelijke straf als oriëntatiepunt geeft. Daardoor is de praktijk ontstaan dat het eigenlijk van de persoon van de verdachte afhangt welke deel van de straf uit de richtlijn (on)voorwaardelijk wordt opgelegd.
Tegelijk moet je ook realiseren dat de richtlijn echt een oriëntatiepunt is en zeker geen dwingend voorschrift. Het is in zekere zin de bedoeling dat ervan wordt afgeweken. De uitleg vermeldt ook:
Oriëntatiepunten geven de straf weer die rechters voor het modale feit (de meest voorkomende verschijningsvorm
van het strafbare feit) plegen op te leggen. [..] Oriëntatiepunten vormen een vertrekpunt van denken over de op te leggen straf. Zij bieden de rechter een handvat en de mogelijkheid om bij de straftoemeting te wijzen op een landelijke praktijk.
Enerzijds zijn de richtlijnen dus ook deels beschrijvend en niet normstellend; als de rechtspraak consequent van de richtlijn afwijkt, dan past de richtlijn zich daar (als het goed is) op aan. Anderszijds heeft een rechter ook volledige vrijheid om af te wijken van de richtlijn, als omstandigheden daarom vragen. Af en toe heb je bijvoorbeeld dat rechters van één rechtbank afspreken de richtlijn naast zich neer te leggen omdat die niet toereikend is in hun arrondissement (dat gebeurde in 2019 in Amsterdam bijvoorbeeld bij het bezit van (vuur)wapens).