Dwersdriever Ik ben in principe tegen progressiviteit omdat de progressieve werking primair uit de inkomstenbelasting moet volgen, niet op elke opvolgende of vrijwillige en vrijblijvende heffing op verbruik. We hebben op dit moment een simpele (voordeel) en universele (nadeel) heffing voor motorrijtuigen, met een beetje onderverdeling naar brandstof en naar voertuiggewicht, volgend uit de fictie dat sommige brandstoffen voor meer kilometers zullen zorgen (discutabel) en dat zwaardere voertuigen de wegen zwaarder belasten (valt wat voor te zeggen).
Eigenlijk is dit systeem toereikend geweest totdat er elektrische voertuigen kwamen, waarna elektrische voertuigen uit noviteit eerst veel minder belast werden en je nu van een degressief systeem kunt spreken. Een systeem waarbij de bijstandsmoeder met het Peugeotje 205 wegenbelasting moet betalen voor de Tesla van de manager. Dat ombuigen naar een kilometerheffing en het afschaffen van de bevoordeling van elektrisch zal veelverbruik efficiënter belasten, frivool autoverbruik tegengaan, accijnsontwijking voor grensbewoners verminderen en met hopelijk een budgetneutrale werking, zodat de Tesla-rijder meer moet afdragen en de 205- of de TDI-bestuurder minder. Het kan voor een situatie zorgen dat een Noorderling met 40.000 jaarkilometers meer moet betalen, maar laten we wel wezen, dit past bij het principe dat de verbruiker meer moet worden belast. Geldt op het spoor immers ook. En als laatste, als je zoveel kunt rijden met een huidige kilometerprijs van € 0,50 (brandstof, verzekering, aanschaf en afschrijving voertuig en onderhoud) moet de marginale heffing van €0,07/0,14 ook niet voor zo’n situatie zorgen dat de geprivilegieerde autorijder met een laag inkomen disproportioneel in de vrijheid wordt gehinderd. Anders kunnen we aan de pomp ook wel een IB-aangifteformulier vragen.