GSbrder Ik vind dit wat te kort door de bocht. Dit is geen een-, maar op zijn minst een tweedimensionaal probleem.
Naast de door jou genoemde Aziatische en Angelsaksische aanpak is er volgens mij nog een derde. Laten we dat het socialistische model noemen, waarbij al het onderwijs collectief wordt gefinancierd. Met als doel zo veel mogelijk gelijke kansen, wat er in die andere twee veel minder is. We bevinden ons ergens in het midden van die driehoek.
In feite hanteren we in Nederland voor het PO en VO bijna volledig het socialistische model, met een vleugje Azië om je hoger te laten uitkomen in het bestaande systeem. Voor het tertiaire onderwijs was dat in de tijd van Ritzen ook zo, maar schuiven we steeds verder op in de richting van het door jou beschreven Angelsaksische model. De vraag is hoe ver je daarin moet gaan.
Als je uitgaat van stijgende kosten (kom ik zo op terug), en je wil je WO voor het grootste deel blijven collectiveren, dan zul je dus genoeg geld uit de schatkist moeten reserveren. Kortom: hogere belastingen en/of minder uitgeven op andere beleidsterreinen. Dat zijn uiteindelijk gewoon politieke keuzes die afhangen van het economisch tij en de samenstelling van de regering.
Maar, en Ossu haalt dat ook al aan, waarom stijgen die kosten? Dat komt voor een groot deel doordat de aantallen studenten hoger worden (en naast de inflatie-achtige prijsstijgingen zijn er vast nog allerlei andere redenen, maar dit lijkt me een van de belangrijkste). Dan wordt het tijd om een lelijke discussie te gaan voeren: draagt deze stijging van het aantal WO'ers, in alle verschillende richtingen, bij aan de kenniseconomie? Willen we een kenniseconomie in de diepte of in de breedte? Die vraag wil je eerst beantwoorden voordat je verder beleid kan gaan maken.