Door het lerarentekort staan er steeds vaker onbevoegde mensen voor de klas, signaleert de Onderwijsinspectie. Precieze cijfers zijn er niet, omdat het meestal gaat om een tijdelijke vervanging bij ziekte of zwangerschapsverlof. "Maar we komen het de laatste tijd wel meer tegen", zegt woordvoerder Daan Jansen van de Onderwijsinspectie.
De inspectie doet momenteel onderzoek naar de manieren waarop scholen het lerarentekort opvangen. "We zoeken naar goede voorbeelden waar andere scholen en besturen hun voordeel mee kunnen doen", zegt Jansen. "Dat is een belangrijke vraag, want de inspectie beseft dat de nood hoog is. Zo hoog dat een volgende vraag is wat te doen als een school door overmacht niet in staat is om een bevoegde leraar voor de klas te zetten."
De inspectie heeft scholen al wat extra speling gegeven door ze zes weken de tijd te gunnen om een 'situatie op te lossen die niet aan de eisen voldoet', zoals een onbevoegde assistent voor de klas. Dat waren voorheen twee weken. En zelfs daarna wordt er weleens een oogje toegeknepen. Jansen: "Als we zien dat scholen er alles aan gedaan hebben om het probleem op te lossen en het is toch niet gelukt, gaan wij niet meteen na zes weken sancties opleggen."
Ook het ministerie van OCW laat desgevraagd weten dat ze geen overzicht hebben van hoeveel onbevoegden er voor de klas staan. Wel schreef minister Arie Slob (onderwijs) recent in een Kamerbrief dat hij zich realiseert dat de 'noodmaatregelen' om tekorten op te vangen de kwaliteit van het onderwijs onder druk kunnen zetten. "Dat is wat niemand wil. Iedereen wil goede leraren voor de klas. Daaraan moeten we geen concessies doen."
Om scholen te helpen met structurele oplossingen zodat ze niet per dag of per week moeten redderen om de tekorten op te vangen, werkt Slob samen met de inspectie aan een 'handreiking' voor scholen met mogelijke noodoplossingen bij onderbezetting. Die wordt na de herfstvakantie verspreid.
De Algemene Onderwijsbond (Aob) vindt het heel onwenselijk dat er steeds meer onbevoegde onderwijsassistenten en studenten voor de klas staan. "Het is de pest voor de kwaliteit van het onderwijs", zegt een woordvoerder. "Er bestaat niet voor niks een pabo van vier jaar."
Volgens de Aob lijken de problemen het grootst in het speciaal onderwijs en bij andere scholen met een 'meer uitdagende leerlingpopulatie'. Dat is wrang, zei voorzitter Eugenie Stolk eerder in het blad van de onderwijsvakbond. "Juist de kwetsbaarste kinderen die meer begeleiding nodig hebben, lijken te worden geraakt."