Vitesse staat op omvallen: KNVB dreigt met intrekken proflicentie
Voetbalclub Vitesse staat op omvallen. De KNVB dreigt op korte termijn de proflicentie in te trekken. Uit nood stapt de eredivisionist weer naar de rechter. Via een zogeheten turbospoedbehandeling moet het speelrecht voor volgend seizoen gegarandeerd worden.
Het conflict met stadion Gelredome loopt voor Vitesse volledig uit de hand. De voetbalclub, opgericht in 1892, heeft in 2018 zelf de huur opgezegd. Een nieuw huurcontract ligt er niet. De eredivisionist kan met stadioneigenaar Nedstede, gerund door zakenman Michael van de Kuit, geen overeenstemming bereiken.
Koortsachtig overleg
De voorbije weken zijn over de kwestie diverse rechtszaken gevoerd. Daarbij is ook koortsachtig onderhandeld. Namens Vitesse stapte de Amerikaan Coley Parry zelfs in, de beoogde nieuwe eigenaar van de club. Commissaris Henk Parren en Vitesse-directeur Pascal van Wijk ruimden het veld.
Een deal leek al die tijd meermaals dichtbij. Er zou een overeenkomst komen tot 2030, waarbij Vitesse meer betaalt dan de huidige 2,15 miljoen euro per jaar. Voorts zou de club de juridische kosten van Nedstede op zich nemen. En ten slotte zou het eeuwig speelrecht van tafel gaan.
Aan alle voorwaarden leek zo voldaan, maar uiteindelijk ketste telkens alles toch weer af. Dit tot frustratie van Vitesse, vooral. Naar de letter van de wet heeft de club nu vanaf 1 oktober 2023 geen stadion meer.
Zonder stadion vervalt ook de proflicentie van Vitesse. De KNVB hanteert daar strikte regels voor. De voetbalbond heeft dat de eredivisionist inmiddels ook in niet mis te verstane woorden duidelijk gemaakt.
‘Zeist’ eist duidelijkheid voor 11 april. Kan de club dan geen stadion aanwijzen voor het nieuwe seizoen, dan wordt de proflicentie ingetrokken. ‘Daarmee zou Vitesse, één van de oudste Nederlandse voetbalclubs, met een zeer rijke historie en waarbij vele supporters, sponsoren, spelers, werknemers en vrijwilligers zijn betrokken, ophouden te bestaan’, zo melden de advocaten van Vitesse per brief.
Nood
Vitesse grijpt daarom naar het noodmiddel van de turbospoedbehandeling. Dat als hoger beroep na het verlies in het kort geding over het gebruik van Gelredome. Er moet weliswaar ook nog een rechterlijke uitspraak komen in een bodemprocedure over het eeuwige speelrecht in het stadion, maar die volgt pas rond 26 april.
Zo lang kan Vitesse niet wachten. De tijd tikt weg. De KNVB stelt per brief namelijk onverbiddelijk te zijn. Vitesse moet ‘de beschikking hebben over een stadion om de continuïteit van de competities betaald voetbal in het seizoen 2023/2024 niet in gevaar te brengen’, zo verklaart de bond. Dit ook in verband met de planning van de competitiewedstrijden.
Spoed
Het spoedappel komt voor bij het gerechtshof in Arnhem en wordt behandeld op 7 april. De uitspraak moet dan voor 11 april worden gedaan.