Landbouwminister Carola Schouten laat onderzoeken of een aanpassing van de Wet Dieren wel uitvoerbaar is. Het gaat om een amendement dat door beide Kamers is aangenomen en dat ingrijpende gevolgen voor de veehouderij kan hebben.
De wetswijziging werd voorgesteld door de Partij voor de Dieren. De aanpassing heeft tot doel dat dieren niet langer worden aangepast aan het huisvestingssysteem, maar dat het systeem wordt aangepast aan de dieren. Het amendement regelt dat het na 2022 niet langer is toegestaan om een dier pijn te doen. Maar ook om bij een dier letsel te veroorzaken, dan wel de gezondheid of het welzijn van het dier te benadelen met als doel om het dier op een bepaalde manier te kunnen huisvesten.
Concreet kan dat betekenen dat het bijvoorbeeld verboden wordt om kalveren en geiten te onthoornen of om staarten te couperen, dat eenden zwemwater moeten krijgen en konijnen moeten kunnen graven.
Hamerstuk
De Tweede Kamer stemde twee weken geleden al in met het amendement, deze week werd het voorstel als hamerstuk ook door de Eerste Kamer aangenomen. LTO Nederland is daarover onaangenaam verrast. Volgens de organisatie heeft het amendement wellicht goede intenties, namelijk het verhogen van dierenwelzijn. In de praktijk leidt het juist tot grote problemen en kan zelfs het tegenovergestelde worden bereikt.
'Fysieke ingrepen worden toegepast voor dierveiligheid en de sector werkt al aan het afbouwen ervan. Het kost tijd om dat op een verantwoorde manier te doen. Door het op deze manier in de wet vast te leggen, is het risico levensgroot dat dieren en veehouders hiervan de dupe zijn', gaf Jeannette van de Ven, LTO-portefeuillehouder Gezonde Dieren, eerder al aan.
Dergelijke onderwerpen worden volgens Van de Ven op Europees niveau besproken. 'Dat is in lijn met de positie van de Raad voor Dieraangelegenheden. Zomaar stoppen met ingrepen zorgt voor meer problemen voor het dierenwelzijn dan de ingreep zelf. Dat kan niet de bedoeling zijn van onze volksvertegenwoordigers.'
Niet uitvoerbaar
Ook landbouwminister Schouten ontraadde de wetswijziging. Het amendement is volgens haar te algemeen geformuleerd, leidt tot veel discussie en is bovenal praktisch niet uitvoerbaar. Daarnaast vindt ze dat de huidige wet al voldoende ruimte biedt om bepaalde regels te stellen of een gericht verbod in te stellen indien de Kamer dit wenst.
Daarom maakt het ministerie van LNV momenteel een juridische analyse van de consequenties van het amendement en een analyse van de impact voor de praktijk voor het houden van dieren. Als die analyse gereed is, worden beide Kamers daarover geïnformeerd.