janneke141 Ik zit er ook niet zo goed in omdat het kasstelsel mij dus totaal vreemd is.
Wat bij het baten en lasten-stelsel gebeurt:
Stel dat Rijkswaterstaat een nieuw wagenpark koopt, en het contract in het najaar van 2007 afsluit. De productie wordt in 2008 gestart, waarna in de zomer van dat jaar de nieuwe wagens gebruikt gaan worden. Deze wagens gaan vijf jaar mee en de totale kosten zijn 1.000.000 euro.
Met het stelsel van baten en lasten wordt de 1.000.000 euro door vijf jaar gedeeld (200.000 p/j) en wordt dit bedrag jaarlijks op de begrotingen van 2008, 2009, 2010, 2011 en 2012 geplaatst.
(Wiki)
Bij het kasstelsel neem je de volledige kosten in 2008. Dat betekent dus dat je in 2013 wéér in een keer 1 miljoen euro moet begroten, maar zo ver kijk je normaliter niet vooruit begrotingstechnisch. Door elk jaar 200k te begroten begroot je dus veel realistischer en gelijkmatiger, want je schrijft gelijkmatig af en bij vervanging hoef je geen extra kosten te begroten; boekhoudkundig kost de vervanging van een afgeschreven product dus niets, want deze kosten zijn gewoon structureel begroot.
Bij een b&l-stelsel ga je dus automatisch veel meer nadenken over de vervangingstermijn en ook de kosten voor onderhoud die je meebegroot. Stel die auto zou 20 jaar meegaan, dan hoef je dus ook maar 50k per jaar te begroten, terwijl dat inzicht in het kasstelsel eigenlijk gewoon verdwijnt.
Is dit een beetje coherent?